Waterbom boven Vlaanderen kost Duffel handenvol geld
20 Februari 2022
Een waterbom boven Vlaanderen, zoals die van afgelopen zomer, kan tot 8 miljard euro schade leiden. Dat is meer dan eerst gedacht. In Duffel zou de schade hoger oplopen dan in de andere Antwerpse gemeenten. Dat blijkt uit een studie van de Vlaamse Waterweg. Staf Aerts (Groen Duffel) wil extra uitleg over de studie, zodat Duffel zich kan wapenen tegen extreem weer.
In juli vorig jaar viel een waterbom op Wallonië. De beelden van wegdrijvende auto’s, ingestorte gevels of mensen die op hun dak zitten te schuilen, staan nog altijd in ieders geheugen gegrift. De Vlaamse Waterweg voerde nu een simulatie uit: wat als er een even grote waterbom op Vlaanderen zou vallen? De resultaten van de studie mogen een nieuwe wake-up call genoemd worden. De schade kan oplopen tot meer dan 8 miljard euro in Vlaanderen.
Staf Aerts: ‘Als we inzoomen op Duffel, dan blijkt dat de schade in onze gemeente opvallend groter is, dan in de meeste andere Antwerpse gemeenten langs Nete, Rupel en Schelde. Bij een kleine waterbom varieert de schade rond de 2 miljoen euro. Enkel in de stad Antwerpen zou de schade groter zijn. Bij een grote waterbom loopt de schade op tot meer dan 5 miljoen euro.’
Staf Aerts: 'De Vlaamse Waterweg kan de studie in Duffel komen toelichten'
Het is belangrijk om deze resultaten in het juiste kader te zien. Het gaat om een simulatie van de schade met een kleine of grote waterbom. Staf Aerts: ‘Gelukkig komt zo’n waterbom maar zeer uitzonderlijk voor. Paniek is dus niet nodig. Waakzaamheid en alertheid bij ons als lokaal bestuur natuurlijk wel. Sinds september 1998 kennen we in Duffel immers de desastreuze impact van overstromingen.’
Groen Duffel wil met de studie aan de slag. In eerste instantie nodigt Staf Aerts de Vlaamse Waterweg en het studiebureau IMDC graag in Duffel uit voor een bijkomende toelichting. ‘Zij kunnen dan antwoord geven op een aantal belangrijke vragen zoals waarom de schade in Duffel zo veel hoger is dan bij de andere Antwerpse gemeenten. Daarna bekijken we welke maatregelen nodig zijn om ons extra te beveiligen.’